Ik heb dit stukje van de vlinderstichting gekopieerd:
Klepelen en zuigen
Bij het maaibeheer ligt het accent meer op kostenefficiëntie op de korte termijn dan op behoud van de biodiversiteit op de lange termijn. Gangbare maaimethoden zijn klepelen en maaizuigen. Een klepelmaaier hakselt de vegetatie fijn. Meestal blijven de verhakselde plantenresten liggen om ter plaatse te composteren. Dit leidt tot een toename van de voedselrijkdom van de bodem, waardoor er uiteindelijk alleen nog plek is voor grassen en ruigteplanten als Grote brandnetel en Fluitenkruid.
Een tweede veelgebruikte techniek, de maaizuiger, is ook verre van optimaal. Hiermee wordt het plantmateriaal weliswaar afgevoerd, maar ook de plantenzaden en de insecten. Bij maaien en afvoeren met een cyclomaaier overleeft circa 40% van de rupsen van dagvlinders. Bij klepelbeheer is dit slechts 6% en bij gebruik van de maaizuigcombinatie 8%.
Veel kruiden hebben sterk te lijden onder de timing van het maaien; de eerste maaibeurt vindt veelal in mei plaats en dat is ruim voordat veel planten zaad hebben geproduceerd om een volgende generatie veilig te stellen. Bloeiende kruiden geven niet alleen kleur aan de berm, ze zijn ook essentieel als nectarbron en/of voedselplant voor insecten. Omdat meestal hele trajecten in één keer over de volle breedte gemaaid worden, worden insecten van het ene op het andere moment van al hun voedselbronnen beroofd.